Energiedelen: iets doen met je energie-overschot?

Deelauto’s, WhatsApp-groepen waarin je gereedschap uitwisselt met de buren, …: de deeleconomie is in opmars. En da’s maar goed ook, want delen bespaart je kosten en verkleint je ecologische voetafdruk. Maar hoe zit het met energiedelen? Volgens de VREG deelden in november vorig jaar 6.549 Vlamingen energie met zichzelf en deden er 2.494 aan de ‘peer-to-peerverkoop’ van energie. 551 mensen in Vlaanderen deelden energie binnen een gebouw.1 Ontdek wat dat allemaal betekent, en of het voor jou de moeite loont om te starten met energiedelen.

Wat is energiedelen?

Binnen het systeem van energiedelen deel je de energie die je produceert maar zelf niet nodig hebt met andere gezinnen, of met een organisatie, onderneming of overheid. Omgekeerd heb je als afnemer toegang tot de groene stroom van anderen. 

Als energie-opwekker kan je voor je overtollige energie een vergoeding vragen aan de ontvanger. Dan doe je aan ‘peer-to-peer’- of persoon-aan-persoonverkoop. Verkoper en ontvanger maken zelf onderlinge afspraken; netbeheerder Fluvius mengt zich niet in jullie transacties. 

Energiedelen anno 2025

Er zijn verschillende manieren om aan energiedelen te doen, maar je moet één systeem kiezen. Je kan dus niet én energie delen met jezelf én met je buren.

  1. Energie delen in een energiegemeenschap: je verenigt je met andere burgers en/of met bedrijven en (lokale) overheden in een energiegemeenschap en investeert samen in groene energie. ‘Peer-to-peerverkoop’ is hier geen optie: de leden van een energiegemeenschap betalen nooit een kilowattuurprijs (hoogstens een administratieve kost).
  2. Energie delen met jezelf: je gebruikt de energie opgewekt door je zonnepanelen op je tweede verblijf, bijvoorbeeld in je appartement aan zee.
  3. Energie delen met een ander gezin: een gezin zonder zonnepanelen krijgt of betaalt voor jouw energie-overschot. 
  4. Energie delen binnen hetzelfde gebouw: je investeert met andere bewoners van je (appartements)gebouw of kantoorcomplex in gemeenschappelijke zonnepanelen op het dak, en je gebruikt de zonne-energie samen.
  5. Energie delen met je werkgever: overdag, wanneer je zonnepanelen veel stroom opwekken, ben je vaak op het werk. Als je werkgever veel stroom nodig heeft om zijn of haar bedrijf te doen draaien, kan hij of zij je overschotten opkopen.

Gemeenten kunnen hun zonne-energie delen met bijvoorbeeld de bibliotheek, het schoolgebouw, en ga zo maar door, terwijl ondernemers hun opgewekte stroom kunnen doorsluizen naar hun tweede of derde vestiging.

Voorwaarden

Er zijn een aantal voorwaarden verbonden aan energiedelen. 

Tot slot kan je alleen energie delen met een digitale meter. Die meet en registreert elk kwartier je verbruik, en dat is essentieel, want energiedelen gebeurt per kwartier. 

  • Het mag nooit je belangrijkste commerciële of professionele activiteit zijn.
  • Het moet binnen het Vlaamse Gewest gebeuren.
  • Alle partijen die energie uitwisselen, moeten klant zijn bij een commerciële energieleverancier (het hoeft niet dezelfde leverancier te zijn). 

Zelfverbruik of sociaal tarief

Als je zonnepanelen hebt, is het nog altijd het slimste om je opgewekte stroom op een thuisbatterij op te slaan of meteen te gebruiken. Je kan je zelfverbruik bijvoorbeeld verhogen door apparaten zoals de wasmachine of vaatwasser overdag te laten draaien. De energie die je direct verbruikt terwijl de zon schijnt, kost je niets extra: je betaalt er geen heffingen of netkosten op. Ze is daarom voordeliger dan het injectietarief of energiedelen


Kom je in aanmerking voor het sociaal tarief? Dat is waarschijnlijk goedkoper dan energiedelen, dus bereken de gevolgen zorgvuldig voordat je de switch maakt.

Kiezen voor energiedelen?

Toch kan het in bepaalde gevallen interessant zijn om voor energiedelen te kiezen. En het systeem past binnen de energietransitie, of de switch naar een duurzame, koolstofarme manier van energie gebruiken waar we bij Energie.be volop onze schouders onder zetten.

Als energiedeler

Aan energiedelen zijn een aantal voordelen voor de deler verbonden.

  • Als je samen met anderen investeert in zonnepanelen, druk je uiteraard de kosten.
  • Bovendien kan je binnen energiedelen vaak een betere prijs krijgen voor je groene stroom dan via de injectievergoeding. 

Of je een betere prijs krijgt, hangt wel van een aantal dingen af. Zo hanteren de meeste leveranciers bepaalde voorwaarden en rekenen ze extra kosten aan. Ook wij doen dat. Als je aan energiedelen doet, kan je niet deelnemen aan Energieke zondag. En je betaalt € 35 per aansluiting om aan energiedelen te doen. Als je maar weinig energie deelt, is dit dus niet zo voordelig. Via de V-test kan je zien wat jouw energieleverancier doet. Ga in de linkerkolom, naast de resultaten, naar ‘doelgroep’ en klik op ‘nee’ bij de vraag ‘Kosten of voorwaarden voor klanten die energiedelen?’ 

Verder komt er bij energiedelen wel wat administratie kijken, zoals je op het einde van dit artikel kan lezen. 

Als ontvanger

Voor de ontvanger kan energiedelen interessant zijn omdat …

  • hij of zij toegang heeft tot lokaal geproduceerde groene stroom.
  • En die stroom is vaak goedkoper dan de stroom van een leverancier. Als hij of zij geen vergoeding moet betalen aan de energiedeler, is dat financiële voordeel uiteraard al helemáál vanzelfsprekend. 

Let op: de netkosten, belastingen en heffingen op de factuur blijven hetzelfde als wanneer de ontvanger energie zou afnemen via een energieleverancier.

Starten met energiedelen: praktisch

Interesse om energie te delen? Informeer je goed over de voorwaarden en mogelijkheden, en bepaal voor welke vorm van energiedelen je wil gaan. Zoek vervolgens naar een geschikte ontvanger, bijvoorbeeld via een platform als EnergySwap. Als jij voornamelijk ‘s ochtends en ‘s avonds stroom verbruikt, wil je natuurlijk in zee gaan met iemand die vooral overdag stroom nodig heeft. Want de gedeelde stroom moet per kwartier verbruikt worden. Stroom die niemand gebruikt, gaat tegen het injectietarief terug het net op.

Sluit daarna een contract af met je ontvanger, waarin je onder meer de prijs, de betalingswijze en de duur van de samenwerking vastlegt. Je kan hiervoor het voorbeeldcontract van het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA) gebruiken.

Vraag bij je elektriciteitsleverancier ‘meetregime 3’ aan. Dat is nodig om je digitale meter elke vijftien minuten te kunnen uitlezen. Heeft je installatie een vermogen van 56 kVA of meer? Dan heb je een zogenaamde ‘AMR-meter’. Die meet automatisch kwartierwaarden, dus daarvoor hoef je niets te doen. Als aanbieder moet je je deelproject vervolgens melden aan Fluvius via de online klantenzone, waar je kiest voor ‘Delen of verkopen van energie’. 


Of je daarna klaar bent? Bijna, maar nog niet helemaal. Volg je verbruik op via ‘Mijn Fluvius’, en hou de hoeveelheid gedeelde of verkochte energie in de gaten. Zo kan je je zelfverbruik optimaliseren en dubbelchecken of de verbruikspatronen van jou en je afnemer(s) wel echt goed bij elkaar passen.

Bronnen

  1. https://dashboard.vreg.be/report/DMR_Elektriciteit_Energiedelen.html, 30 maart 2025 ↩︎

Artikels die jou ook kunnen interesseren: